Ik heb vier dagen in de week vaste bezigheden: maandag, dinsdag, woensdag en donderdag. Op maandag ben ik bij mijn dochter. Op de andere dagen werk ik als huishoudelijke hulp via een zorgorganisatie bij mensen thuis. Als die dagen achter de rug zijn, ben ik zo blij dat ik vrij ben. Vind ik het dan zo erg om te werken? Niet echt. Maandag is altijd super leuk, op dinsdag heb ik een makkelijke dag dan hoef ik maar twee uurtjes te werken. De woensdag is de dag waar ik het meest tegenop zie; dan werk ik twee keer drie uur. De donderdag is weer een makkie en bovendien het einde van mijn werkweek! Dan liggen er drie heerlijke vrije dagen voor me waarop ik kan doen wat ik wil. Maar heel vaak weet ik niks te doen en verlang ik naar meer bezigheden.

Ik begin de dag met wandelen, iedere dag probeer ik tussen de zes en twaalf km te wandelen. Als ik dan weer thuis ben, maak ik koffie in mijn cafetière. Heerlijke biologische koffie, ik drink één grote beker per dag die ik op de galerij op drink. Tot en met de koffie voel ik me heerlijk, maar dan komt het: dan moet ik iets gaan doen. Alles wat ik zou kunnen gaan doen heb ik geen zin in. Ik verlang naar spannende dingen en niet naar de dingen die op internet gesuggereerd worden zoals zoek een nieuwe hobby of ga vrijwilligerswerk doen.

Ik heb het zelfs aan ChatGPT gevraagd wat voor spannends ik zou kunnen gaan doen, maar die komt ook met in mijn ogen saaie dingen. Aan de ene kant vind ik het een geruststelling te kunnen concluderen dat er gewoon niet meer is en dat ik het ermee moet doen. Ik heb De kracht van het Nu van Eckhart Tolle er maar weer eens bij gepakt. Het is zeker twintig jaar geleden dat ik het voor het eerst las en heb er toen veel aan gehad. En dan is de dag vaak opeens zo maar weer voorbij zonder spannende dingen, maar erop terug kijkend was het toch een goede dag. Op naar de volgende!